Veel installateurs indexeren elk jaar het (onderhouds)contract dat zij met hun klanten hebben. In deze circulaire leggen wij enkele aspecten hiervan uit.
Welke indexeringspercentage moet ik gebruiken?
Het indexeren van (onderhouds)contracten kan leiden tot discussies met de klant. Vragen als ‘waarom zo’n hoog percentage?’ en ‘waar komt dit percentage vandaan?’ worden dan veelal gesteld. Om dergelijke discussies te voorkomen kun je gebruikmaken van een zogenoemde indexreeks. Je bepaalt zelf welke indexreeks je gebruikt.
Vaak wordt een reeks gebruikt die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bijhoudt. Omdat dit een objectieve bron is, voorkomt dit achteraf discussies met de klant. Een voorbeeld hiervan is de Cao-loonindex vanuit het CBS. Dit is eveneens de indexreeks die staat genoemd in de ALIB 2007 en ALIB 2024 om de loonwijzigingen mee te verrekenen.
Let op:
Er bestaat geen ‘Techniek Nederland-indexpercentage’. De branchevereniging mag hierover niet adviseren wegens mededingingsregels, maar kan dit ook niet omdat je immers vrij bent om zelf te bepalen wat je afspreekt met je klant. Uiteraard kan Techniek Nederland wel adviseren hoe je een indexpercentage uitrekent.
Neem elk jaar dezelfde periode als basis
Voor een jaarlijkse indexering is het belangrijk om elk jaar de indexering uit te rekenen over dezelfde periode. Hierbij kijk je altijd terug om de indexering voor de toekomst vast te stellen.
Voorbeeld:
In april 2023 wordt het cijfer van de maand februari 2023 vastgesteld door het CBS. Dan pas kun je berekenen wat de verandering is geweest tussen februari 2022 en februari 2023. Deze verandering kun je gebruiken om de indexering voor het daaropvolgende jaar, dus 2024, vast te stellen en te berichten aan klanten. Je kunt dus niet het ene jaar mei tot mei als basis nemen en het jaar daarop van juli tot juli. Dan bereken je óf zaken dubbel óf je vergeet een deel.
Tabel ‘Cao-lonen, contractuele loonkosten en arbeidsduur; indexcijfers (2020=100)'
|
Jaar |
Maand |
Indexcijfer |
|
2023 |
Januari |
108,0 |
Let op:
De genoemde indexreeks gaat uit van de loonontwikkeling volgens een aantal bouwgerelateerde cao’s inclusief afgesproken toeslagen. Het gaat dus niet over de loonkostenontwikkeling. Het verschil is dat bij de loonkostenontwikkeling ook de wettelijke werkgeverspremies meegenomen worden bij de berekening van de indexcijfers.
Eerst-gepubliceerde cijfer
Het CBS houdt twee soorten cijfers bij per indexreeks: het ‘eerst-gepubliceerde cijfer’ en het ‘huidige cijfer’. In deze circulaire noemen wij alleen het ‘eerst-gepubliceerde cijfer’, omdat dit cijfer niet verandert en het dus altijd achteraf controleerbaar is. De andere reeks, het ‘huidige cijfer’ kan wel eens veranderen voordat het uiteindelijk definitief vastgesteld wordt. Het is vervelend als je aan de klant de wijziging hebt doorgegeven en dat achteraf het cijfer verandert, want dan moet je een wijziging sturen.
Voorbeeldberekeningen indexpercentage
Hieronder staan twee berekeningen van indexpercentages op basis van de indexreeks ‘Cao-lonen per uur, inclusief bijzondere beloningen, Bouwnijverheid’. Of je kunt indexeren en met welk percentage, hangt af van wat je hebt afgesproken met de klant:
- Is er een indexreeks afgesproken?
- Zo ja, welke?
- Welke periode gebruik je elk jaar om het percentage te berekenen?
Berekeningsmethode algemeen:
(nieuw indexcijfer minus oud indexcijfer) gedeeld door oud indexcijfer maal 100%.
Voorbeeld augustus:
Nieuw indexcijfer augustus 2024 = 118,9
Oud indexcijfer augustus 2023 = 110,9
Berekening indexpercentage = (118,9 – 110,9) / 110,9 x 100 % = 7,2 %
Meer informatie vanuit het CBS
Op de website van het CMS vind je meer informatie over het indexeren van contracten en indexcijfers: www.cbs.nl/nieuwe-contracten.
