In mei is veel al gezegd over het hoofdlijnenakkoord ‘hoop, lef en trots’ van de vier politieke partijen, die het nieuwe kabinet willen vormen. Ondernemers in de elektrotechnische detailhandel zullen hierin nog niet concreet terugvinden, waarmee zij dagelijks te maken hebben. Het blijven hoofdlijnen tenslotte. Belangrijk voor ondernemers is duidelijkheid voor de toekomst en zo het vertrouwen krijgen dat maatregelen uitpakken zoals bedoeld. Duidelijke spelregels om te doen wat zij zo goed kunnen: ondernemen.
Ik heb regelmatig met ETD-ondernemers en reparateurs de discussie over wat zij – vanuit hun dagelijkse ondernemingen – anders willen. Daar komen telkens duidelijke thema’s naar voren: zekerheid over wet- en regelgeving, een betrouwbare keten en de ruimte om te ondernemen.
Voor deze grote thema’s hebben we bestuurders en politici nodig die met de ondernemers samen tot werkbare oplossingen komen. Ik vergelijk het met het inrichten van een keuken in een nieuwbouwhuis. Je kunt wel wensen dat dat tussenmuurtje er niet staat of dat de stopcontacten hoger in de wand moeten, maar zonder hulp van aannemers of installateurs blijft die koelkast ongebruikt in de hoek staan. En inderdaad, de aannemer uit deze beeldspraak moet wel duidelijk en op tijd aangeven dat het tussenmuurtje zonder problemen eruit kan om de koelkast op de gewenste plek te plaatsen.
Het zal niet verbazen, maar ik vind het een gemiste kans van de ‘Haagse aannemers van het hoofdlijnenakkoord’ dat zij het circulair werken en het duurzaam ondernemen nauwelijks aandacht geven. ETD-ondernemers zijn al actief met circulair werken, met reparatie, refurbishen of met innemen van elektronica om die opnieuw te gebruiken.
Gelukkig hebben we nog de ondernemende ‘Europese aannemers in Brussel’. Eind april heeft het Europees Parlement het ‘recht op reparatie’ aangenomen. Dat recht steunt Nederlandse ETD-ondernemers om blijvend te investeren in reparatiemogelijkheden en in duurzame service aan consumenten. Het geeft ETD-ondernemers een stevige hand in de rug om juist fabrikanten te wijzen op beschikbaarheid van reserve-onderdelen, voor vele jaren.
Vaag? Ondernemers, die zich richten op de circulaire toekomst mogen weleens meer ‘Europees’ denken: duurzaam ontwerp, minder verpakking en hergebruik e-waste, richting 2050. Zoals Olaf Zwijnenburg, sectormanager retail- en groothandel bij de Rabobank, laatst presenteerde in het webinar van Techniek Nederland over de ETD: de grootste bijdrage in verduurzaming zit ‘m in een duurzamer productaanbod. Duurzamer productaanbod begint bij het begin, bij het ontwerp en de productie. Het is van het grootste belang dat wij nu met ondernemers (winkelbedrijven en reparateurs) en met de ministeries aan het werk gaan om veelbelovende Europese regelgeving, zoals Ecodesign met ‘right to repair/het recht op reparatie’, voortvarend in te voeren. Zo kunnen we, passend bij de circulaire bedrijfsvoering, apparatuur een langer dan verwacht circulair leven geven. En dat is pas lef.
Iedere twee maanden schrijft Martin Hof, branchemanager consumentenelektronica bij Techniek Nederland, een column in Elektro Retail Magazine (ERM). Hierin deelt hij de standpunten van Techniek Nederland met betrekking tot consumentenelektronica, de elektrotechnische detailhandel, reparatie en refurbishment én geeft zijn visie op recente ontwikkelingen.
Deze column stond in ERM 6 - 2024.
